menu

talent

Waarom een IQ-test niet vertelt hoe slim een kind écht is

Is een kind met een IQ van 130 slim? En een kind met een IQ van 80 dom? Nee, zo simpel ligt dat niet. We denken vaak in IQ om te verklaren wat een kind kan of niet. Maar er zijn nog heel veel andere dingen, zoals humor en geduld, die niet te meten zijn met een test. En zeker zo bepalend zijn voor hoe begaafd een kind écht is.

Ooit ook weleens fanatiek en in opperste concentratie mee gepend, gedacht en gehersenkraakt met de Nationale IQ-test? Wat kwam eruit? Een IQ van 85 zoals ‘’De Roodharigen’’? Of IQ 159 zoals Delores van het Klokhuis? Het was mooie tv natuurlijk, maar in de praktijk kijken we anders naar intelligentie.

IQ onder de 100: niet zo slim?
Een poos geleden klopten Anna* en haar ouders aan bij de praktijk van Buro Leerlingenhulp (BLH). De zorgen? Het liep niet lekker op school. De orthopedagogen en psychologen probeerden te achterhalen waarom Anna op school niet lekker in haar vel zat. Was het faalangst? Kon ze het niveau op school niet bijbenen? Had ze moeite zich te concentreren? Een aantal tests werd afgenomen. Eén van de tests was de WISC: een intelligentietest voor kinderen.
Nadat een orthopedagoog of psycholoog bij het kind vragen, puzzels en nog meer vragen heeft afgenomen, berekent een slim staaltje statistieken een aantal getallen. Zo ook het (Totaal) IQ. Een getal dat in de volksmond voornamelijk bekend staat als ‘’boven de honderd zal het wel goed zitten’’ en ‘’onder de honderd ben je toch minder slim’’.

Qua IQ bleek Anna vrij hoog te scoren. Het niveau van de lesstof zou dus geen probleem moeten zijn. Maar daarmee was haar ‘probleem’ niet opgelost. Om te snappen hoe een kind, zoals Anna, echt in elkaar zit, spelen zoveel andere dingen mee. Gedrag – in alle soorten en maten – is moeilijk te vangen in één term, in één definitie, in één getal, zoals IQ. Want hoewel twee kinderen bijvoorbeeld best eenzelfde IQ kunnen hebben, is iedereen uniek en ontwikkelt elk kind zich volgens eigen pad. Waar het ene kind de handdoek in de ring gooit wanneer het moeilijk wordt, blijft de ander net zo lang doorgaan tot het lukt. Om een goed beeld te krijgen van een kind en zijn of haar talenten, omgeving, interesses en zelfbeeld is het belangrijk om informatie in te winnen vanuit verschillende perspectieven en het kind te observeren.

Verschillende soorten intelligentie
Dit alles, en nog veel meer, is wat een goed intelligentieonderzoek omvat. Waar ben je goed in? Wat is lastig? Waar heb je baat bij?  Een lijstje met eigenschappen die een test als de WISC níet meet is oneindig lang: geduld, discipline, flexibiliteit, leiderschap, samenwerking, humor, verantwoordelijkheid, moed, motivatie, doorzettingsvermogen… Zeer nuttige eigenschappen in het leven, die best iets over een kind vertellen, nietwaar?

Overigens is er in de wetenschap ook discussie over het begrip ‘intelligentie’. Een theorie stelt dat er meerdere vormen van intelligentie zijn. Scoort een kind laag op het IQ dat de WISC beoogt te meten? Dan is het op andere vlakken vast intelligenter. Zoals Mozart was in de muziek en een profvoetballer is op motorisch gebied. En het zijn juist die talenten en vaardigheden die een kind ‘slim’ kunnen maken.

Talent ontwikkelen
Wat bleek bij Anna het geval? Ze was in de ogen van anderen ‘slim’. Haar taakaanpak was systematischer dan systematisch. En haar nieuwsgierigheid en motivatie waren groot: ‘’Wat betekent dit Engelse woord?’’, ‘’Wat zit er allemaal achter die kastdeurtjes?’’, ‘‘Hoe ver is het naar de maan?’’ waren vragen die haar bezighielden. Maar in woorden vertellen hoe iets in elkaar steekt vond ze een stuk lastiger. De juf vond haar stilletjes, verlegen en angstig in de klas. Moeder vond dat Anna dag in dag uit te intens met haar huiswerk bezig was. Met observaties door psychologen en informatie van haar moeder en de juf kon BLH Anna helpen. Anna leerde hoe ze haar sterke systematische taakaanpak kon inzetten om de lesstof onder de knie te krijgen én zich zelfverzekerder kon voelen in de klas. Aan haar IQ is niets veranderd, dus testen zullen niet uitwijzen dat ze slimmer is geworden. Maar door haar talenten in te zetten, is Anna meer gegroeid dan ooit.

*De naam Anna is om privacyredenen gefingeerd

Meer lezen? Ga hier naar het overzicht met al onze blogs over onderwerpen die we tegenkomen in de dagelijkse praktijk. Van leesplezier tot sociaal-emotionele problematiek, van de mindset theorie tot tips voor ouders en scholen.

Dyslexie: geen stoornis, maar juist een talent!?

Wat hebben Leonardo DaVinci, Jamie Oliver en Albert Einstein én een hele hoop kinderen uit onze praktijk met elkaar gemeen? Juist, allemaal hebben ze dyslexie. Mensen met dyslexie denken anders dan mensen zonder dyslexie. Maar dat maakt ze niet beter, slechter of talentvoller dan anderen. Wel anders. Als we van ieder individu de unieke en bijzondere kanten nemen en deze bundelen zijn we samen het sterkst.

Afgelopen zomer kwam er een nieuwsbericht voorbij. Het vermelde dat dyslexie een talent is. ‘’Niet voor niets is 40% van de self made millionaires volgens een Brits onderzoek dyslectisch’’. Dyslectici zijn vaak ondernemend, creatief en zien verrassende verbanden, zo ging het artikel verder. En ze kunnen hard werken, want wie als dyslecticus moet leren lezen, moet tien keer zo hard werken.

Het dyslectische brein
Van oorsprong is onderwijs erop gericht te leren door taal. De stof van aardrijkskunde en biologie krijgen kinderen voorgeschoteld in boekvorm en ook de instructie van de moeilijke rekensom is uitgeschreven in woorden. Technologie gooit dat op de schop. Administratief- en taligwerk wordt gedaan door computers en robots. En we kunnen leren door beelden; het world wide web staat vol uitleg- en instructiefilmpjes.
De wereld van nu zit minder te wachten op het talige onderwijs. De wereld zit meer te wachten op innovatief denken, verrassende oplossingen bedenken en doorzetten. En laat dit nou precies zijn waar dyslectici goed in zijn, schreef het artikel. Het dyslectische brein is perfect ingericht op de nieuwe economie. En toen kwam het hoge woord in het artikel: ‘’ik voorspel dat mensen gaan doen alsof ze dyslectisch zijn, omdat het een talent wordt.’’

Krachten bundelen
Maar slaan we niet een beetje door om dyslexie een talent te noemen? Is het hebben van geen dyslexie dan ook een talent? Het wel of niet hebben van dyslexie is, volgens ons, eigenlijk best irrelevant als we zoeken en graven naar talenten van kinderen. Elk kind heeft, los van alle stoornissen, zijn eigen talenten. Laten we kijken naar unieke en bijzondere kanten van ieder individu. En als we de krachten bundelen maken die ons samen het meest krachtig en meest intelligent. Zo halen we het meest uit onze maatschappij en kunnen we het meest bereiken. Zoals Mark Mieras zegt: ‘’We zijn tenslotte samen het meest intelligent als we allemaal verschillend denken.’’

Meer weten wat BLH biedt voor kinderen met dyslexie? Klik hier! En lees in deze blog meer over onze visie op talentgericht werken.

Geïnspireerd op: Het Parool, ‘’Dyslexie is een talent’’, 5 juli 2018

Hoe een BLH’er haar eigen groeimindset uitdaagt (in het water!)

Dat BLH vierkant achter de groeimindset staat, staat als een paal boven water. Uit je comfortzone stappen, uitdagingen aangaan en geloven in je eigen talenten; we laten het leerlingen graag ervaren. En hoe kun je dat beter doen dan zelf het goede voorbeeld geven? Lees mee hoe BLH’er Emma in het diepe springt. Letterlijk dan, want de geliefde, luierende opblaasflamingo zet ze komende tijd aan de kant om keihard te trainen om 2000 meter te gaan zwemmen door de Friese wateren. Voor de Maarten van der Weijden Foundation nog wel. Emma vertelt:

Stiekem moet ik al gniffelen om de verbazing op de gezichten van mijn familie en vrienden als ik dit typ. Het merendeel van de mensen dat mij goed kent zal mij immers niet direct linken aan de zwemsport, laat staan het zwemmen van langere afstanden! Toegegeven, ik ben meer het type dat houdt van het maken van bommetjes, een handstand onderwater niet schuwt en de voorkeur geeft aan languit luieren op een opblaasflamingo in de zon.

Nieuwe uitdagingen
Maar! Mijn liefde voor sport en sportief bezig zijn zal niemand zijn ontgaan. Of het nu gaat om tennissen, hardlopen of een potje beachvolleybal: count me in! Het is tijd voor iets nieuws. 2018 -het jaar waarin ik het ‘twintiger-zijn’ achter me ga laten- is het jaar waarin ik nieuwe uitdagingen aan wil gaan op het gebied van opleiding en sport. En vooral: meer directe maatschappelijke betrokkenheid tonen.

Dit wil ik ook!
Via de vader van een oud-BLH-leerling van mij kwam ik in aanraking met het enorme avontuur van de 11stedenzwemtocht. Hij vertelde me over zijn deelname en ik dacht direct: wow, heel dapper, dit wil ik ook! Nu niet direct gaan denken dat ik 200 km (!) wil gaan zwemmen (zo dachten een aantal vrienden van mij onlangs dat ik knettergek was geworden).

De zwemdiploma’s A t/m C heb ik in huis, maar om me iets zelfverzekerder te voelen neem ik sinds een aantal weken deel aan -jawel- een borstcrawlcursus in Scheveningen! Want ja, de schoolslag, rugslag en watertrappelen kan ik allemaal wel, maar een goede borstcrawl heb ik niet in huis. Althans, nóg niet in huis. Dat leer ik mijn leerlingen ook altijd wanneer iets moeilijk is, dus dan moet ik dat ook tegen mezelf zeggen. Ik ga ervoor!

11stedentocht
Het zwemmen van de 11stedentocht laat ik aan MEGA-held Maarten van der Weijden over. Maarten zet in augustus 2018 zijn zwemtalent in om zoveel mogelijk geld op te halen voor onderzoek naar de genezing van kanker. Bijna 200 km zwemmen door de Friese wateren, een unieke prestatie én een uniek evenement. Ik doe het hem absoluut niet na, maar wél wil ik een bijdrage leveren door een
stuk(je) -2000 meter- met hem mee te zwemmen. Voorwaarde is dat ik meehelp zoveel mogelijk geld op te halen door mezelf te laten sponsoren. Het streven is om het grandioze bedrag van €1000 te verzamelen en te doneren aan de Maarten van der Weijden Foundation!

 

XXXL-interview met eigenaresse Lizette

BLH 15 jaar! Om dit te vieren 15 vragen aan eigenaresse Lizette Scheer. Hoe is het begonnen? Wat is het mooiste succes en hoe zit het met de toekomstplannen? Hét verhaal achter BLH!

Lizette Scheer

1.Ten eerste: gefeliciteerd! Hoe gaat de 15de verjaardag gevierd worden?

Yeahhh ja! Bijzonder!!! Ik herinner me nog goed hoe dit avontuur begon: nog niet eens afgestudeerd en op zoek naar een stageplek in de praktijk toen deze uitdaging op mijn pad kwam. En dat voelde gelijk super goed, dit was hoe ik mijn kennis en ervaring in de praktijk kon brengen. Dus… ik heb het gewoon gedaan… een bestaande praktijk overgenomen… En nu sta ik hier met 24 geweldige dames en 3 stagiaires om me heen. Hoe cool is dat? Dat is al een feest op zich!

Maar: terug naar je vraag. Hoe gaan we het vieren? Wat dacht je van dit unieke 15-vragen-blog? En vanavond met het team een heerlijk stranddiner, dat gaat een feest worden. Natuurlijk gaan we komend schooljaar -het 15de schooljaar dat ik met BLH diensten uitvoer- ook onze leerlingen, ouders, scholen en samenwerkingspartners in het zonnetje zetten. Hoe en wat is nog een verrassing. Houd BLH in de gaten dus!

2.    Terug in de tijd. Wat vond je zelf superleuk op school?

Wiskunde B!!! ‘Gewoon’ een aantal cijfers in een formule gooien en daar is het antwoord. Of juist door moeten puzzelen op zoek naar een (goede) uitkomst. Heerlijk om door doen en proberen steeds nieuwe uitdagingen en opdrachten aan te gaan. Trial and error! Of… trial and answer!

3.    En wat vond je juist heel moeilijk op school?

Engels!!! Wat een ramp. Zó veel nieuwe woorden leren die je compleet anders moet schrijven dan dat ze klinken. Volgens mij had mijn lerares Engels er ook niet zoveel vertrouwen in. Dat maakte mij ontzettend faalangstig en ik wilde het liefste heel hard wegrennen of me verstoppen in een hoekje. Dat deed ik overigens ook: ik ging spieken en op de gang mijn toetsen maken met het leerboek op mijn schoot onder de tafel. Gelukkig had ik grote blauwe ogen…  Engels ben ik pas JAREN later gaan leren tijdens mijn reizen door Azië. Leren door doen dus! Wat was het goed voor mijn zelfvertrouwen; ik kon me opeens overal verstaanbaar maken en leerde heel veel woorden en de zinsopbouw. Ik had graag eerder in de praktijk gezet willen worden. Vanuit een heel ander perspectief en met andere maatstaven gemeten (Aziaten spreken ook niet altijd vlekkeloos Engels), bleek ik dus toch goed Engels te kunnen praten! Moest ik daar zo laat achter komen?

4.    Hoe is het BLH-zaadje in jou ontstaan?

Mmm, ook hier komt “doen” weer om de hoek kijken. Afgestudeerd in twee studierichtingen besefte ik dat ik erg weinig praktijkervaring had. Op zoek naar praktijkervaring kwam ik terecht bij BLH. Toen ik vroeg naar een stagemogelijkheid was het verrassende antwoord: “je mag het overnemen, we gaan met pensioen.” Ik kan me niet herinneren dat ik heb nagedacht. Ik ging naar mijn ouders en leende geld om de praktijk over te nemen. Mijn (toenmalige) vriend en mijn ouders hebben me hierin super gesteund!

5.    Wat heb je gestudeerd?

Arbeids- & organisatie psychologie en ontwikkelings- & onderwijspsychologie. Wat bleek in praktijk: de beste combinatie voor een ijzersterk fundament van BLH.

6.    Wat is het belangrijkste dat je aan leerlingen mee wil geven?

Zelfvertrouwen, succeservaringen en plezier! Leren vanuit een intrinsieke motivatie en met onze eigen unieke talenten. Er zijn geen twee personen hetzelfde. Laten we talenten en krachten bundelen om onze doelen te bereiken.

We zijn tenslotte samen het meest intelligent als we allemaal verschillend denken – Mark Mieras

7.    Mooie quote! Wat is de meest inspirerende quote?

Moeilijke vraag, zeg! Ik heb er meerdere, maar  deze raakt me altijd: “Every child is gifted. They just unwrap their package at different times.

8.    Wat doe je nu?

Ik hou me bezig met alle taken binnen de organisatiestructuur van BLH, alles wat komt kijken bij het hebben van een bedrijf. Van de marketing tot aan het beantwoorden van e-mails en van het concept aanpassen tot het coachen van de specialisten.

Mijn doel is niet alleen om alle leerlingen (én ouders én scholen) in hun kracht te zetten, maar ook dat onze specialisten vanuit eigen talenten, intrinsieke motivatie en met veel plezier werken. Zodat ze energie krijgen van hun werkzaamheden én in balans het werk kunnen uitvoeren wat ze het liefste doen en van nature het beste kunnen.

9.    Wat maakt de mindset theorie zo belangrijk

Toch weer zelfvertrouwen en weten dat fouten maken nodig is om te leren. Ik herinner me nog haarscherp die lerares Engels die altijd de nadruk legde op wat ik niet kon. En me zelfs zei dat ik waarschijnlijk nooit Engels zou leren. Ik ging alle uitdagingen uit de weg, want, tja, ik kon het toch niet. Waarom zou ik het dan proberen? Ik werd echt een vaste denker. Met een 2.1 op mijn eindexamen tot gevolg.

Hoe anders was mijn ervaring met de geweldige docent van consumenten psychologie. Door mijn dyslexie las ik die vraag veel te letterlijk. Het ging over hamsteren tijdens de gekke koeienziekte. Ik zag overal op mijn toetsblad (gekke) koeien en hamsters dansen… Met heel veel onzekerheid stak ik toch mijn hand op om te vragen wat er bedoeld werd met de vraag. De docent gaf me, in tegenstelling tot wat ik verwachtte, begrip en steun! Hij had maar een paar woorden nodig om me weer op het goede pad te zetten. Hij liet blijken dat hij alle vertrouwen in mij had en…. dat ik alleen maar zou leren van eventuele fouten. Gevolg: een 9,5 voor die toets!

10.Wat is jouw talent?

Zeer zeker de “Bezige Bij’’! Daarnaast geniet ik en ben ik ook goed in “Verbinden”.

11. Wat zijn dé BLH-toekomstplannen?

Zoveel mogelijk leerlingen, ouders en scholen helpen. Plezier laten hebben in wat ze (moeten) leren, uitdagingen aan laten gaan, het opbouwen van vertrouwen en het ervaren van succesmomenten. En dat kán met ons geweldige multidisciplinaire team waarin iedere specialist zijn eigen talenten kan en mag benutten! En we deze unieke talenten ook bundelen in ons BLH-team (want samen zijn we tenslotte het meest intelligent).

12. …en hoe/wat/wanneer gaan we die werkelijkheid zien worden?

NU!!!

13. Hoe omschrijf je BLH in 15 woorden?

(Leren door) doen! Positief! Enthousiast! Ontwikkelen! Vertrouwen! Uniek! Samenwerken! Transparant! Talenten! Zelfvertrouwen! Persoonlijk! Betrokken! Deskundig! Oplossingsgericht! Creatief!

14. Wat is het mooiste succes?

Dat ik hier nu na 15 jaar met zo’n geweldig team en zoveel blije ouders, scholen en leerlingen mag staan!

15.Welke leerling staat je nog het meeste bij?

Dat zijn er vier! Een leerling die ik (naast sociaal emotionele ondersteuning) hielp met wiskunde. Hij mocht de ruimte figuren uit zijn boek (vierkant, driehoek enzo) benoemen en er 1 zelf verzinnen. Zijn antwoord: ET! Of het meisje dat kwam voor rekenproblemen en faalangst. Zij vond het al ontzettend moeilijk om oogcontact te maken, maar die nu aan het optreden is in de Ziggo Dome. Of… de zéér dyslectische jongen waarbij ik nu een ijsje koop in zijn eigen ijszaak. Ik weet nog dat ik hem heb geholpen met een werkstuk over het maken van ijs (en zijn gemaakte dropijs mocht proeven). Of één van mijn allereerste leerlingen, die we echt hebben zien opgroeien in de praktijk. Die ondanks zeer ernstige dyslexie en hoge intelligentie via het speciaal basis onderwijs helemaal op zijn plek is gekomen! Zijn schooltafeltje staat nog in mijn woonhuis en mijn eigen dochtertje zit er inmiddels dagelijks achter te lezen, tekenen, en schrijven! Jeetje, wat mooi hoe ik die kinderen heb zien groeien!

 

 

Wanneer heeft een kind talent?

talent voetbal kind

Talent. Wanneer heb je dat eigenlijk? Mensen geven het certificaat ‘talent’ graag aan uitblinkers. Kinderen die pianospelen als een Mozart de Tweede. Of voetballen als de Oranje Leeuwinnen. Een Max Verstappen die de ene inhaalmanoeuvre na de andere doet in zijn racewagen. Of zij die even foutloos de Cito-toets maken, om er nog maar een te noemen.

Maar uitblinken en talent hebben hoeft zeker niet hetzelfde te zijn. Bij BLH zien we talent als gedrag dat je meer energie geeft dan dat het je kost. En als iets waar je heel blij van wordt. Elk kind heeft zijn eigen talenten. In onze dagelijkse BLH-praktijk vinden we het belangrijk te zoeken en graven naar talenten. Om eigen talenten zichtbaar te maken voor kinderen. Zodat kinderen gaan bloeien, veerkracht ontwikkelen, meer zelfvertrouwen krijgen, zelf beslissingen nemen en ideeën en oplossingen ontplooien. Oftewel: we doen graag aan talentgedreven werken.

Niet normaal
Vaak heb je een zetje in de goede richting van iemand anders nodig om achter je talenten te komen. En hier bewust van te worden. Want voor jezelf kan een talent o-zo vanzelfsprekend en doodnormaal lijken. “Huh, maar dat doet toch iedereen?” zegt de trouwe vriend die voor zijn allerbeste vriendjes door het vuur gaat. ‘’Is dat nou zo speciaal?’’ vraagt een kind zich af dat in de klas met honderden ideeën komt voor het afscheidscadeau aan hun lieve meester. Het antwoord is nee, dat doet zeker niet iedereen. En, ja, dat maakt jou speciaal.

Samen met kinderen gaan we op zoek naar waar ze blij van worden, waar ze onwijs veel energie van krijgen en waar ze ook best bagatelliserend over kunnen praten. Voetbal, bijvoorbeeld? Wat leuk, en waarom dan wel? Vanwege het sociale teamgevoel, samen op het veld te knallen, elke zaterdag weer? Het trainen, doorzetten en volhouden totdat dat trucje dat eerst maar niet lukt na poging 743 wél lukt? Of het overweldigende gevoel als jij diegene bent die dat prachtige doelpunt scoort? Teamgevoel, doorzetten, presteerder: stuk voor stuk duiden ze op talenten. Verscholen achter o-zo vanzelfsprekend en doornormaal gedrag: voetballen. Niet altijd direct zichtbaar en soms zelf goed verstopt.

Groeimindset
En die talenten, daar kun je wat mee doen. Door een (pas ontdekt) talentzaadje te stimuleren blijft het niet onder de grond zitten, maar kan het mede dankzij een groeimindset groeien en bloeien. De Bewuste Beweger die zich al trampoline springend vele male beter kan concentreren op het oefenen van de tafels. De Samenbrenger die graag kinderen samenbrengt in een klas op school of sportteam. De Mooimaker die meer geniet van werken uit haar/zijn werkboek door deze om te toveren tot een zelf opgevrolijkt creatief hoogstandje.

De hele dag dingen doen die je meer energie kosten dan dat ze geven? Nee, toch alsjeblieft… Daarentegen: de hele dag leren en ontwikkelen vanuit talenten die een ongelooflijk bak energie geven? Ja, graag!

 

 

 

 

 

Gastcolumn: Waarom ik het prima vind dat mijn kleuter niet kan fietsen

Ontwikkelt je kind zich op sommige vlakken iets trager dan leeftijdsgenootjes?  Dan kun je je daar als ouder heel druk over maken. Of je kunt kijken naar wat je kind wèl kan. En juichend aan de zijlijn staan. Om hem aan te moedigen.

Dat is hoe wij bij BLH graag werken. We geven kinderen de ruimte en het vertrouwen om zich op hun eigen tempo te ontwikkelen. En dat is ook hoe gastblogger Carolien naar haar tractorrijdende kleuter kijkt:

Daar staat ie. Nogal opvallend te zijn, tussen de honderden kinderfietsen in de rekken voor de school. Klasgenootjes staan om hem heen. Kinderen uit hogere klassen kijken naar hem, stoten elkaar aan en grinniken. Mijn zoon ziet het niet eens. Zijn blauwe plastic tractor staat geparkeerd en hij is op de plaats van bestemming. Daar draait het om.

Kont tegen de krib, fiets tegen de grond

Het is niet zo dat mijn zoon geen fiets heeft. Sterker nog: hij heeft een prachtexemplaar gekregen voor zijn vierde verjaardag. Een blinkende blauwe, met lampjes en een bagagedrager. En met zijwielen. Want ook al is hij bijna 5: trappen en sturen op een voertuig met twee wielen lukt niet. Ook niet met mijn hulp. Hij gaat te langzaam, is bang om te botsen of vergeet te trappen als hij stuurt. En andersom.

Ik heb hem honderd keer op het zadel gezet om een ritje te maken. Maar hoe harder ik bleef aandringen op het hele ‘ik leer fietsen’ gedoe, hoe harder mijn zoon zijn kont tegen de krib- en zijn fiets tegen de grond- smeet.

En dus is de tractor de oplossing. Dag in dag uit maken de plastic wielen de rit naar school. Hij trapt zich een slag in de rondte, wordt aan alle kanten ingehaald door leeftijdsgenootjes op snelle fietsjes en op heel veel plekken aangestaard. Maar hij trapt. Hij stuurt. Hij komt vooruit én op tijd op school. En belangrijker: hij is apetrots op het verweerde speelgoedding vol stickers en stoepkrijt waar hij mee kan racen en sliden en waarin hij –met aangekoppelde aanhanger- zijn broertje kan vervoeren.

Onverstoorbaar

Dagelijks groeit mijn bewondering voor hem. Voor de onverstoorbaarheid waarmee hij over het fietspad kachelt. Voor het aanstekelijke enthousiasme waarmee hij op de plastic toeter drukt. En voor de manier waarop hij de achtervolging inzet als zijn vriendjes er op de fiets vandoor gaan.

Dus toen hij laatst, bij de zoveelste poging zonder zijwielen, aan me vroeg waarom hij eigenlijk zo nodig moest leren fietsen, heb ik mijn schouders opgehaald. Ik heb nog gemompeld dat het zo leuk is om hard te kunnen fietsen. En handig ook. Dat zijn vriendjes het ook allemaal al kunnen. Maar ik kon in werkelijkheid geen enkele góede reden bedenken om hem van zijn tractor af te praten.

Gelukkig heb ik de fiets op de groei gekocht. En past hij voor lange afstanden nog in het stoeltje achterop mijn fiets.

Carolien Dircken is freelance tekstschrijver. Als ze tijd heeft blogt ze daarnaast over haar leven met twee kleine kinderen.