Aan werken in het bos kleven alleen maar voordelen. Zo heb je even de tijd om de kat uit de boom te kijken, voor je daadwerkelijk tegenover elkaar staat. Tussen het moment dat Ralph aan het einde van het pad verschijnt en de klimboom waar ik op hem wacht, liggen een goede vijftig meter; vijftig stappen, met de kleine beentjes van Ralph misschien zestig.
Het is niet duidelijk of hij zelf zijn hoofd in de jas van zijn moeder begraaft, of dat zij hem een beetje aandrukt. Ralphs hoofd zit in ieder geval veilig ingeklemd tussen moeders heup en warme hand. Vanuit die scheve positie, schalks van onder een paar blonde lokken, verkent Ralph de situatie.
Hij bekijkt mij kort, maar dan glijdt zijn blik naar het oranje klimtouw naast mij, dat vanaf de grond in het bladerdek verdwijnt. Zijn hoofd verheft zich iets uit de moederheup en zijn blik wordt groter als hij het touw naar boven volgt. Ik zie een glinstering in zijn ogen, een vonk van pure opwinding. “Zo hoog hoef je niet hoor”, blust zijn moeder onbedoeld het dapper gloren. Ze drukt zijn ontluikende hoofd terug in haar zij. Hij slaat zijn ogen naar de grond.
Geef me een stuiver voor al het goede geluk dat wordt gesmoord in de beste bedoelingen.
Nog voor ik een woord heb gewisseld met Ralph en zijn moeder heb ik al wel iets belangrijks geleerd. Ik heb geleerd dat de dappere, blijmoedige Ralph niet al te ver weg is. Ik heb geleerd dat Ralph het fijn vindt om de wereld te bekijken vanuit een veilige plek. En ik heb geleerd dat de moeder van Ralph hem misschien wel een beetje te veel wil beschermen.
Een beetje hulp
Zijn ouders hebben hem aangemeld omdat hij het spannend vindt vrienden te maken. De school is pas gefuseerd en Ralph zit in een nieuwe groep 7. De sociale verhoudingen liggen er nog helemaal open. Omdat hij het initiatief niet durft te nemen, raakt hij steeds meer in een sociaal isolement. Ralph heeft er veel moeite mee en de schoolprestaties lijken er ook onder te lijden. Natuurlijk doen Ralphs ouders hun stinkende best het tij te keren, maar ze zien het eerder verergeren. Tijd voor een beetje hulp.
Het echte werk zit vaak tussen de regels. Het heeft te maken met vertrouwen, met de manier waarop je iemand aanspreekt, met het deel van de ander dat je aanspreekt. Als Ralph zijn zestig passen heeft afgelegd en voor mij staat, zak ik door mijn knieën. Ik steek mijn neus vriendelijk voor de zijne en kijk hem recht aan. Met zijn moeder hebben we nu even niets te maken, dit is tussen mij en Ralph. Dit is onze wereld nu.
In zijn blik sluimert verlegenheid, onzekerheid, maar ik weet al dat er meer zit. Er is altijd meer. Met fonkelende ogen van mezelf nodig ik het uit. Kom maar tevoorschijn ouwe geinporem, zeggen ze, ik zie je wel. In 9 van de 10 gevallen laat de lichte kant zich snel uit de tent lokken, en bij Ralph is het niet anders. Een glinstering breekt door de schaduw heen en daar is Ralph. “Hallo dan grote vriend”, begroet ik hem, “supertof dat je er bent!”
We klimmen in totaal vijf sessies (en een superleuke sessie met beide ouders, waar iedereen veel van leert) en de progressie is prachtig. Al snel vinden we een passende naam voor de sterke kant in Ralph: Koning Ralph. Waar is Koning Ralph? roep ik van beneden wanneer ik zie dat de zenuwen aan de poort rammelen. Het duurt niet lang voor hij op eigen kracht zijn innerlijke koning kan aanroepen. Al klimmende en klauterende leert hij controle uit te oefenen op spannende momenten. Zelfs als de koning het kwaad niet met één ferme zwaai van zijn zwaard om zeep helpt, biedt hij een waardevol tegenwicht voor het reflexmatig terugtrekken naar veilige holletjes. Ralph leert dat hij iets toch kan doen, zelfs als hij het spannend vindt.
Tussen de derde en vierde sessie gebeurt er iets moois op het schoolplein. Ralph vraagt zijn favoriete bijna-vriendje voor een speelafspraak en die zegt meteen ja. “Wat ging er door je heen voor je het vroeg?” vroeg ik toen hij het me vertelde. “Nou, niet zoveel eigenlijk, het was best makkelijk”, was Ralphs doodgewone antwoord. En zo is het. Maar soms heb je even een koning nodig om weer je doodgewone zelf te worden.
Hedde Meima (Bureau Buitenlucht) coacht kinderen met behulp van boomklimmen. Sinds kort werkt Bureau Buitenlucht samen met Buro Leerlingenhulp. Naast Boomtoppers (individuele coaching) doen we samen HELD, de leukste groepstraining van heel Nederland!