menu

diagnose

5 vragen aan… Jasmijn en Esther

Wie lopen er rond op de vestigingen van BLH? Wat is hun specialiteit? En hoe werken ze? Maak kennis met onze medewerkers. Deze keer BLH’ers Jasmijn en Esther.

Wat zijn je werkzaamheden bij BLH?

Jasmijn: “Nu ik er goed over nadenk doe ik van alles binnen BLH. Ik begeleid kinderen en jongeren met leerproblematiek, voer RT uit op scholen, verricht onderzoek en geef behandelingen in de basis GGZ voor hoofdzakelijk kinderen met ADHD en sociaal-emotionele problematiek, ik werk voor REACH en tot slot werk ik samen met de Buitenjuf. En oh ja, ik manage ook deels het Sri Lanka project. Het is fantastisch om zo gevarieerd bezig te kunnen zijn.”

Esther: “De meeste kinderen die ik zie, komen bij mij voor dyslexiebehandelingen. Deze kinderen heb een diagnose dyslexie en een behandelindicatie. Met hen doe ik verschillende oefeningen, zowel mondeling als op de computer, met als doel dat ze uiteindelijk ​vooruitgaan met lezen. Daarnaast zie ik ook twee leerlingen die ik help met begrijpend lezen; één van hen op de basisschool en de ander in 3 Havo.”

Welke creatieve, grappige dingen doe je tijdens de begeleiding?

Esther: “Ik begeleid een meisje dat het thuis niet makkelijk heeft. ‘s Ochtends om 9.00 uur zit haar hoofd al helemaal vol met alle indrukken die ze vanuit huis heeft meegekregen. Omdat ik zelf voor mijn ontspanning en om te ontprikkelen na een drukke dag regelmatig mediteer, dacht ik: ‘Hé laat ik dat bij haar ook eens proberen!’ We starten nu de behandeling met een korte meditatie van 3 minuten. Na die drie minuten voelt ze zich helemaal ontspannen en is haar hoofd leeg, zodat ze open staat voor wat ik haar wil leren tijdens de behandeling. Mooi hè?’’

Jasmijn: “Ik gaf een jongen begeleiding voor begrijpend lezen. Hij was moeilijk te motiveren en had weinig zin in de begeleiding. Toen ik doorvroeg naar wat hij leuk vond, vertelde hij mij dat hij groot fan is van ACDC. Toen hebben we maar even heel hard zijn favoriete nummer van ACDC opgezet en heb ik een tekst over rockmuziek opgezocht. Hij bloeide helemaal op en we zijn daarna lekker aan de slag gegaan! ’’

Wat is je grappigste blunder tijdens een begeleiding?

Jasmijn: “Tijdens rekenbegeleiding was ik een keer heel overtuigend een som aan het uitleggen aan een groep 8er, totdat ze mij op een rekenfout wees. Mijn eerste reactie was dat ik mij schaamde. Maar het prachtige eraan was, was dat zij de som aan mij uit ging leggen en het vlekkeloos deed. Ze ontving ook voor faalangst begeleiding van mij en straalde op dat moment ontzettend veel zelfvertrouwen uit! Niet alleen dat ze de som goed had, maar ook omdat ze had durven zeggen dat ik het niet helemaal juist deed en zij daar toen het voortouw in nam. Ik was hartstikke trots op haar.’’


Esther: “Oeh, dat is een lastige vraag. Daar heb ik echt even over na moeten denken. Eigenlijk heb ik voor zover ik weet nog nooit een echte blunder begaan… Soms ben ik een beetje chaotisch en dan benoem ik dat naar de leerlingen. Sommige komen dan met heel handige opmerkingen als “Juf, ik zou dat de volgende keer maar in de tas laten zitten…” Soms denken we als volwassenen veel te ingewikkeld omdat we ons laten hinderen door beperkingen (‘dat kan niet want…’). Leuk om de vindingrijkheid en de ​​creativiteit van de kinderen te horen en toe te passen.”

Hoe komt de mindsettheorie terug in je werkzaamheden?

Esther: ‘’Mijn motto is al jarenlang: ‘Je kunt meer dan dat je denkt’. Dat probeer ik de leerlingen ook te laten inzien. Ik maak vaak gebruik van grafieken of tabellen waarbij ik laat zien hoeveel woorden een kind goed gelezen heeft óf hoe lang ze over een rijtje met 15 woorden doen. Het is mooi om te zien dat ze trots zijn wanneer ze sneller zijn gaan lezen. En wanneer het minder goed ging dan de vorige keer, bespreken we hoe dat kwam. Soms leg ik ook uit dat je niet de hele dag een topprestatie kunt leveren; dat zou echt zwaar vermoeiend zijn. Daarnaast geef ik de leerlingen ook mee dat het oké is om te zijn wie je bent. Want als de wereld alleen maar uit Albert Einsteins zou bestaan, in wat voor wereld zouden we dan leven? Diversiteit maakt de maatschappij alleen maar mooier.’’

Jasmijn: ”Ik probeer kinderen altijd bewust te maken van hun denkproces als ze moeten beginnen met een taak die ze moeilijk vinden. Door alle denkstappen langs te gaan, komen zij er snel achter dat die negatieve gedachten niet behulpzaam zijn. Samen kijken we dan hoe we die gedachten om kunnen vormen in helpende gedachten. Als een begeleiding start, begin ik meestal ook met een psychoeducatie over hoe mensen leren en hoe dat werkt in de hersenen. Kinderen vinden het onderwerp ‘hersenen’ namelijk ontzettend interessant.”

Wat vond je zelf vroeger heel moeilijk op school?

Jasmijn: “Vroeger had erg veel last van faalangst en ik vond dat ik alles zelf maar moest kunnen. Wat mij toen heeft geholpen is dat ik toch om hulp ben gaan vragen en dat daar geen schaamte in zit. Ook ben ik gestopt met mijzelf vergelijken met anderen. Iedereen heeft zo zijn eigen talenten en het is helemaal oké om iets moeilijk te vinden. Met wat extra oefening kom je er wel.”

Esther: “Vroeger vond ik geschiedenis en aardrijkskunde heel erg moeilijk. Je krijgt bij deze vakken zó veel informatie aangeboden. Hoe weet je nu precies wát je moet onthouden? Liever was ik bezig met talen zoals Engels, Frans, Grieks en Latijn: daar zat tenminste een structuur in ?. Ik heb vaak geluk gehad met docenten/leraren. Zij konden namelijk heel grappig en ​inspirerend vertellen. Hierdoor onthield ik vaak de belangrijkste dingen wel. De samenvatting in het boek doorlezen én hardop vertellen aan een denkbeeldig iemand (of mezelf) wat me is bijgebleven uit het hoofdstuk, was ook een handige strategie. En nog één laatste tip: als je iemand iets uitlegt wat je net geleerd hebt, dan weet je eigenlijk al hoe het werkt! Dus: help een ander als hij/zij er niet uitkomt en vertel hoe jij het zou doen.’’

Meer lezen? Ga hier naar het overzicht met al onze blogs over onderwerpen die we tegenkomen in de dagelijkse praktijk. Van leesplezier tot sociaal-emotionele problematiek, van de mindset theorie tot tips voor ouders en scholen. Én natuurlijk meer BLH’ers die de 5 vragen beantwoorden. 

5 vragen aan… Renate en Alana

Wie lopen er rond op de vestigingen van BLH? Wat is hun specialiteit? En hoe werken ze? Maak kennis met onze medewerkers. Deze keer BLH’ers Renate en Alana.

Wat zijn je werkzaamheden bij BLH?

Alana: ‘’Op zowel de praktijk als op scholen behandel ik kinderen variërend van het versterken van hun zelfvertrouwen en emotieregulatie tot het verbeteren van de executieve functies. Daarnaast zie ik leerlingen die moeite hebben met leren. Ook voer ik voor de basis GGZ diagnostiek uit, zoals intelligentieonderzoek, ADHD en autismespectrumstoornis.’’

Renate: ‘’Ik zie met name kinderen met leerproblematiek. Vaak zie je dat deze kinderen mede door hun leerproblemen niet zo lekker in hun vel zitten. We kijken dan samen naar de kwaliteiten en talenten van het kind. Sinds kort zie ik ook groepjes leerlingen buiten schooltijd. Juist omdat het na schooltijd is, probeer ik veel bewegend te leren met ze en lekker naar buiten te gaan. Ik was bang dat ze het vreselijk zouden vinden om nog langer op school te blijven, maar tot nu toe hoor ik veel positieve reacties. Ook voer ik dyslexie- en intelligentieonderzoeken uit.”

Welke creatieve, grappige dingen doe je tijdens de begeleiding?

Renate: ‘’Tijdens een online sessie met een meisje met ernstige dyslexie lazen we een supersaai leesblad met losse zinnen die helemaal niks met elkaar te maken hadden. (Lees verder waarom lezen zo belangrijk is, inclusief tips!) Het meisje was best verlegen en we kenden elkaar nog niet zo lang. Ik stelde voor om de zinnen steeds op een andere manier voor te lezen: eerst 5 zinnen heel boos, daarna 5 zinnen heel blij, verdrietig, spannend, enzovoorts. Nou, we hebben zo’n lol met elkaar gehad. Wat bleek? Ze was een ontzettend goede toneelspeelster! Het ijs was gebroken en sindsdien durft ze meer en meer van zichzelf te laten zien.’’

Alana: ‘’Met een leerling die moeite had met het ‘inplannen’ van ontspanning ben ik een keer samen gaan hardlopen. Op deze manier kon hij experimenteren of het hardlopen een goede ontspanning voor hem is én ervaren dat ontspannen heel belangrijk is!’’

Wat vind je het belangrijkste resultaat om te behalen met leerlingen?

Alana: ‘’Het belangrijkste en mooiste resultaat om te behalen met de kinderen en jongeren vind ik dat zij zelf hun eigen ontwikkeling zien, trots zijn op zichzelf en zelfvertrouwen hebben.’’

Renate: ‘’Dat kinderen lekker in hun vel zitten! Daarom vind ik het belangrijk samen een band op te bouwen. Zo beginnen we altijd met een praatje. Over hoe je dag was bijvoorbeeld of ik pak er een praatkaartje bij. Als een kind zich veilig voelt lukt het bovendien beter om te leren. Het tweede belangrijkste doel is natuurlijk om te groeien op een bepaald gebied. Het is prachtig te zien hoe trots een kind kan zijn als hij/zij een AVI-niveau vooruitgegaan is na weken lang oefenen.”

Hoe komt de mindsettheorie terug in je werkzaamheden?

Alana: ‘’Ongeacht de hulpvraag en leeftijd van de kinderen en/of jongeren, pas ik mindset toe door hen bewust te maken van de stappen die zij al maken. Er is niks leukers dan kinderen en jongeren bewust te maken van de groeimindset die zij al laten zien in het dagelijks leven. Bijvoorbeeld met het oefenen voor hun hobby of sport. Op deze manier wordt de groeimindset niet alleen geïntegreerd in de begeleiding, maar ook in hun dagelijks leven. Ook geloof ik erin dat de groeimindset wordt versterkt wanneer kinderen zich bewust zijn van deze momenten en de omgeving hen hiervoor complimenteert.’’

Renate: ”Ik geef feedback aan leerlingen op het proces en niet (meteen) op het resultaat. Dus: ‘Wat heb je goed doorgezet!’ of ‘Je vindt het nog best moeilijk, maar toch geef jij niet op!’. Verder lees ik vaak de boeken ‘Het meisje dat nooit fouten maakte’ en ‘Je fantastische, elastische brein’ voor. Vooral het eerste boek zorgt vaak voor mooie gesprekken en vinden de meeste kinderen heel leuk.”

Wat vond je zelf vroeger heel moeilijk op school?

Renate: ‘’Ik kon vroeger vrij makkelijk leren, maar wat ik wel heel moeilijk vond was om mijn vinger op te steken en een antwoord te geven. Ik was erg verlegen en hoopte dat ik de beurt niet kreeg… Want wat als ik iets verkeerds zou zeggen? Ik heb hier eigenlijk nooit hulp bij gekregen. Nu denk ik wel eens als ik kinderen de mindset-theorie uitleg: wat had ik hier zelf als kind veel aan gehad kunnen hebben! De verlegenheid is langzaam maar zeker minder geworden, maar ik denk dat als je van jongs af aan al leert dat je door oefening beter kunt worden en dat je van fouten maken juist leert (lees verder hóe je nou van fouten leert), dat je dan vaker uit je comfort-zone durft te komen en steeds zekerder van jezelf wordt.’’

Alana: ‘’Samenvatten! Tijdens mijn bachelor psychologie schreef ik nog steeds hele boeken over, omdat ik álles belangrijk vond. Pas tijdens mijn master orthopedagogiek heb ik leren samenvatten. Ik kreeg zo veel vakken dat ik geen tijd meer had om hele uitgebreide samenvattingen te schrijven, het moest beknopt. Hierdoor heb ik geleerd dat ik ook goede cijfers kon halen met beknoptere samenvattingen. Mijn vertrouwen in het beknopter samenvatten en bepalen van de belangrijk informatie groeide door deze succeservaringen!’’

Meer lezen? Ga hier naar het overzicht met al onze blogs over onderwerpen die we tegenkomen in de dagelijkse praktijk. Van leesplezier tot sociaal-emotionele problematiek, van de mindset theorie tot tips voor ouders en scholen. Én natuurlijk meer BLH’ers die de 5 vragen beantwoorden. 

Waarom een IQ-test niet vertelt hoe slim een kind écht is

Is een kind met een IQ van 130 slim? En een kind met een IQ van 80 dom? Nee, zo simpel ligt dat niet. We denken vaak in IQ om te verklaren wat een kind kan of niet. Maar er zijn nog heel veel andere dingen, zoals humor en geduld, die niet te meten zijn met een test. En zeker zo bepalend zijn voor hoe begaafd een kind écht is.

Ooit ook weleens fanatiek en in opperste concentratie mee gepend, gedacht en gehersenkraakt met de Nationale IQ-test? Wat kwam eruit? Een IQ van 85 zoals ‘’De Roodharigen’’? Of IQ 159 zoals Delores van het Klokhuis? Het was mooie tv natuurlijk, maar in de praktijk kijken we anders naar intelligentie.

IQ onder de 100: niet zo slim?
Een poos geleden klopten Anna* en haar ouders aan bij de praktijk van Buro Leerlingenhulp (BLH). De zorgen? Het liep niet lekker op school. De orthopedagogen en psychologen probeerden te achterhalen waarom Anna op school niet lekker in haar vel zat. Was het faalangst? Kon ze het niveau op school niet bijbenen? Had ze moeite zich te concentreren? Een aantal tests werd afgenomen. Eén van de tests was de WISC: een intelligentietest voor kinderen.
Nadat een orthopedagoog of psycholoog bij het kind vragen, puzzels en nog meer vragen heeft afgenomen, berekent een slim staaltje statistieken een aantal getallen. Zo ook het (Totaal) IQ. Een getal dat in de volksmond voornamelijk bekend staat als ‘’boven de honderd zal het wel goed zitten’’ en ‘’onder de honderd ben je toch minder slim’’.

Qua IQ bleek Anna vrij hoog te scoren. Het niveau van de lesstof zou dus geen probleem moeten zijn. Maar daarmee was haar ‘probleem’ niet opgelost. Om te snappen hoe een kind, zoals Anna, echt in elkaar zit, spelen zoveel andere dingen mee. Gedrag – in alle soorten en maten – is moeilijk te vangen in één term, in één definitie, in één getal, zoals IQ. Want hoewel twee kinderen bijvoorbeeld best eenzelfde IQ kunnen hebben, is iedereen uniek en ontwikkelt elk kind zich volgens eigen pad. Waar het ene kind de handdoek in de ring gooit wanneer het moeilijk wordt, blijft de ander net zo lang doorgaan tot het lukt. Om een goed beeld te krijgen van een kind en zijn of haar talenten, omgeving, interesses en zelfbeeld is het belangrijk om informatie in te winnen vanuit verschillende perspectieven en het kind te observeren.

Verschillende soorten intelligentie
Dit alles, en nog veel meer, is wat een goed intelligentieonderzoek omvat. Waar ben je goed in? Wat is lastig? Waar heb je baat bij?  Een lijstje met eigenschappen die een test als de WISC níet meet is oneindig lang: geduld, discipline, flexibiliteit, leiderschap, samenwerking, humor, verantwoordelijkheid, moed, motivatie, doorzettingsvermogen… Zeer nuttige eigenschappen in het leven, die best iets over een kind vertellen, nietwaar?

Overigens is er in de wetenschap ook discussie over het begrip ‘intelligentie’. Een theorie stelt dat er meerdere vormen van intelligentie zijn. Scoort een kind laag op het IQ dat de WISC beoogt te meten? Dan is het op andere vlakken vast intelligenter. Zoals Mozart was in de muziek en een profvoetballer is op motorisch gebied. En het zijn juist die talenten en vaardigheden die een kind ‘slim’ kunnen maken.

Talent ontwikkelen
Wat bleek bij Anna het geval? Ze was in de ogen van anderen ‘slim’. Haar taakaanpak was systematischer dan systematisch. En haar nieuwsgierigheid en motivatie waren groot: ‘’Wat betekent dit Engelse woord?’’, ‘’Wat zit er allemaal achter die kastdeurtjes?’’, ‘‘Hoe ver is het naar de maan?’’ waren vragen die haar bezighielden. Maar in woorden vertellen hoe iets in elkaar steekt vond ze een stuk lastiger. De juf vond haar stilletjes, verlegen en angstig in de klas. Moeder vond dat Anna dag in dag uit te intens met haar huiswerk bezig was. Met observaties door psychologen en informatie van haar moeder en de juf kon BLH Anna helpen. Anna leerde hoe ze haar sterke systematische taakaanpak kon inzetten om de lesstof onder de knie te krijgen én zich zelfverzekerder kon voelen in de klas. Aan haar IQ is niets veranderd, dus testen zullen niet uitwijzen dat ze slimmer is geworden. Maar door haar talenten in te zetten, is Anna meer gegroeid dan ooit.

*De naam Anna is om privacyredenen gefingeerd

Meer lezen? Ga hier naar het overzicht met al onze blogs over onderwerpen die we tegenkomen in de dagelijkse praktijk. Van leesplezier tot sociaal-emotionele problematiek, van de mindset theorie tot tips voor ouders en scholen.

Autisme en vrouwen

Een leugentje om bestwil, gedoogcultuur, vragen hoe het gaat (maar geïnteresseerd in hoe het écht is? Nee, zeker niet) en vage uitdrukkingen in de Nederlandse taal (hoelang is ‘even wachten’ en wanneer zie je elkaar bij een ‘tot zo?’). Onlogisch en verwarrend eigenlijk hè als je erover nadenkt? Welkom in de wereld van kinderen en volwassenen met autisme.

Dit zijn natuurlijk alleen een aantal voorbeelden. Autisme spectrum stoornis (ASS) is een sterk genetisch bepaalde neurobiologische ontwikkelingsstoornis met repetitieve gedragspatronen en deficiënties in sociale communicatie. Kinderen en volwassenen met autisme ervaren de wereld om hen heen anders dan mensen zonder autisme en verwerken informatie op een andere manier. Zaken die kinderen zonder autisme moeiteloos doen, vergt voor kinderen met autisme heel wat inspanning.

Camoufleren
Waar we in de maatschappij en in de zorg rekening mee moeten houden is dat autisme bij meisjes minder goed herkend en gediagnosticeerd wordt dan bij jongens. Uit onderzoekt blijkt dat autisme zich bij meisjes anders uit dan bij jongens. En: meisjes lijken symptomen beter te kunnen camoufleren. Maar dat wil niet zeggen dat het voor meiden (en vrouwen!) makkelijker is. Het is juist een psychologische uitputtingsslag als je je niet begrepen voelt en je geen passende diagnostiek en/of hulp hebt. Of als je telkens het gevoel hebt toneel te spelen in sociale situaties.

‘’Vaak kreeg ik diagnoses die niet klopten’’
Janneke (46 jaar) vertelt ons dat er (pas!) twee jaar geleden bij haar ASS is gediagnosticeerd. ‘’Ik heb me met ups en downs door het leven geworsteld. Vaak kreeg ik diagnoses die niet klopten, van borderline tot ADHD.’’ Tussen haar eigen zoon en dochter, die eveneens in het spectrum zitten, ziet ze overeenkomsten en verschillen.
Julia (23 jaar) is onlangs gediagnosticeerd met ASS en vertelt: ‘’Zelf merk ik dat meiden vaak toch socialer zijn dan jongens. Dit komt mede omdat meiden (aan)geleerd wordt om socialer en zorgzamer te zijn. Terugkijkend heb ik mijn hele leven best wel last gehad. Maar door onder andere mijn pestverleden werd snel gedacht dat ik gewoon verlegen, onzeker en terughoudend was. Klopt voor een deel ook wel, maar ik wist gewoon niet hoe ik moest communiceren met leeftijdsgenoten.’’

Gelukkig is de kennis over autisme bij vrouwen de afgelopen tien jaar enorm toegenomen. Geweldig, want uit onderzoek blijkt eveneens dat vroege detectie en passende hulp groei en ontwikkeling van kinderen vergemakkelijkt.

Wat doet BLH?
Want of je nou een jongen of meisje bent: iedereen verdient het om in zijn eigen krachten te staan. Om eigen talenten en interesses te ontdekken en te ervaren waar en hoe je kan groeien om zo veel mogelijk te leren. Puzzel uit waar je behoefte hebt aan compensatie. Zoals bijvoorbeeld regelmaat en overzicht. En tegelijkertijd: oefen met rollenspellen en communicatie om jezelf te kunnen uitdrukken en je behoeftes aan de wereld om je heen kenbaar te maken. Haalbare doelen opstellen op school- en sociaalgebied is hierbij belangrijk. We kunnen het kinderen met autisme wat makkelijker maken door hen te helpen omgaan met de moeilijke (schoolse) momenten in die warrige, sociale wereld. Dat is waar we bij BLH graag bij helpen.

Neem vrijblijvend contact met ons op of stuur een mail naar info@buroleerlingenhulp.nl voor meer informatie.